Bart Hekkema is met deze scriptie genomineerd voor de Groninger Geschiedenisprijs 2019.
Felgekleurde gele, roze en blauwe affiches met daarop een sloophamer afgebeeld en daarboven in dikgedrukte zwarte letters de leus: “Géén sloopmoord op de Oosterpoort!”. Voorzien van deze wapenspreuk lanceerden buurtbewoners in de Oosterpoortwijk in Groningen in november 1978 een campagne om de ophanden zijnde sloop van de door hen zo gekoesterde wijk te voorkomen.
De aanleiding was het bericht dat circa 800 woningen gesloopt dienden te worden en dat de eerder beloofde renovatieplannen geen doorgang zouden vinden. Met een handtekeningenactie eiste de buurt vervolgens onvoorwaardelijke steun van de gemeente om de sloop te voorkomen. Maar zo gemakkelijk zou het niet zijn. De achterzijde van de felgekleurde affiches duidde in niet mis te verstane woorden de verhoudingen tussen het gemeentebestuur en de bewoners: “Wethouder Gietema: ‘slopen ik lust er wel pap van’. Oosterpoort: ‘zo’n wethouder, daar maken we pap van!’.”
De vermeende laksheid van de gemeente tegenover het sloopbesluit van de provincie was voor de wijkbewoners reden genoeg om hun eisen kracht bij te stellen. Het was niet de eerste en ook niet de laatste actie. Gedurende de jaren zeventig en tachtig kwamen de wijkbewoners van de Oosterpoortbuurt in het geweer tegen de sloopplannen en organiseerden zij zich in talloze actiecomités en een overkoepelende wijkraad. Daarbij speelde ook het vraagstuk van participatie en inspraak op gemeentelijk niveau een rol. Bovendien kwam daar vanaf 1974 het geïntensiveerde protest tegen landbouwbestrijdingsmiddelenfabriek Aagrunol bij.
De fabriek was voor veel wijkbewoners een doorn in het oog en resulteerde in een lichtend voorbeeld van effectief lokaal burgerverzet toen mede door de acties van wijkbewoners de fabriek uit de wijk verdween. De wijkbeweging en het verzet tegen vervuilende industrie en de aantasting van het milieu kwam in de Oosterpoortbuurt in Groningen bijeen. In het geval van de Oosterpoortbuurt hielden milieuvraagstukken, door de aanwezigheid van kleine- en zware industrie in de wijk, direct verband met het vraagstuk van stadsvernieuwing.
Deze scriptie richt zich op vragen als hoe kwam de wijkraad tot stand en functioneerde zij? Welke ideeën over participatie en inspraak lagen daaraan ten grondslag en met welke actiemiddelen probeerden wijkbewoners hun standpunten uit te dragen? Vertegenwoordigde de wijkraad bovendien wel álle bewoners van de Oosterpoort? Voor de scriptie is vooral gebruik gemaakt van archiefbescheiden in de Groninger Archieven, waarbij primaire bronnen betreffende de Wijkraad Oosterpoort en de door hen uitgegeven wijkkrant De Oosterpoorter tot de voornaamste bronnen behoorden.
- Lees de hele scriptie “Er gebeurt voorlopig niets!” Wijkraad Oosterpoort en burgerparticipatie in Groningen 1971-1984
- Bezoek de flitslezing op de Dag van de Groninger Geschiedenis
Benieuwd naar de andere genomineerden en hun scripties? Lees hier meer:
- Elvira Ambrosius: Laatmiddeleeuwse getijdenboeken uit Groninger vrouwenkloosters
- Piet-Jan Koning: Gouden bergen of de Groninger klei?
- Reinder Klinkhamer: Meanderend door het institutionele landschap
Bart Hekkema (1994) behaalde een onderwijsbevoegdheid voor het vak geschiedenis. Stond tijdens zijn afstudeerstage een jaar voor de klas maar vond dat hij nog niet was uitgeleerd. Schreef zich daarom in voor de bachelor Europese Talen en Culturen aan de Rijksuniversiteit Groningen. Interesseert zich voor de geschiedenis van sociale bewegingen en democratisering binnen de stedelijke omgeving.