In de vorige blogs over Harmen Joosten uit Bellingeweer lazen we over zijn plotselinge dood en wat hij in juli 1672 vermoedelijk in de stad Groningen deed. Is Harmen dezelfde man die in de journaals genoemd wordt en sterft door een kogel die ook pottenbakkersvrouw Marretje Geerts raakt?
Noor Janse, deelnemer van Open het Stadsbestuur, schreef deze blog in de reeks Het leven in 1672.
Het is opvallend, dat het in dit verslag expliciet om een landman – een boer dus – uit Winsum gaat. In de stad vallen bovendien in totaal maar weinig slachtoffers. Dat maakt de kans dat het hier om Harmen gaat, nog wat groter. Helemaal zeker kunnen we niet zijn. In het fragment is ook sprake van halve kartouwen, waarmee tot in de Ebbingestraat wordt geschoten.
24-ponds kogel
Halve kartouwen zijn kanonnen, gemaakt van gietijzer of brons. Deze vorm van artillerie werd in de 16e en 17e eeuw gebruikt bij belegeringen en op veldtochten. Om de bevoorrading van munitie te vereenvoudigen, standaardiseerde de Republiek begin 17e eeuw vier kalibers: 6- 12- 24- en 48-ponds kogels. Wellicht herinnert u zich de 24-ponds kogel nog, die dominee Ducher aan het begin van dit stuk in zijn kerkeboek optekende als het type kogel dat Harmen Joosten dodelijk trof. Laat dat nu precies het type kogel zijn, dat door zo’n halve kartouw wordt afgevuurd. Dus ook dat gedeelte van het verhaal klopt met het verslag van predikant Ducher in de eerste blog Harmen Joosten (1): zijn noodlot in 1672.
Om een idee te geven van de grootte: een 24-ponds kogel heeft een doorsnede van ongeveer 15 centimeter. Een flink formaat dus, dat ook met twee handen niet te omvatten is. Je moet er niet aan denken, wat er gebeurt als een dergelijk ijzeren projectiel je met kracht raakt, zoals helaas Harmen overkomt.
Ook in andere verslagen wordt melding gemaakt van een soortgelijk verloop van dezelfde woensdag 27 juli, waarbij de vijand tussen de Oosterweg en het Schuitendiep de stad beschiet met 5 ‘stucken’ of kanonnen. Als er vanaf deze positie helemaal naar de Nieuwe Ebbingestraat is geschoten, dan heeft de kogel maar liefst zo’n anderhalve kilometer afgelegd. Dat is niet onrealistisch, want een kogel afgevuurd door een halve kartouw kan een afstand van zo’n 5000 passen overbruggen. Als je een halve meter per pas rekent, dan kom je uit op een maximaal bereik van 2,5 kilometer.
Veel andere beschrijvingen van kogels of bommen die helemaal tot in de Ebbingestraat terecht kwamen, zijn er niet. Zo maakt Het Wytlopiger Journael alleen melding van een ‘bombe’ op 31 juli in de Ebbingestraat, ‘een huis of wat van de Jacobinerstraete’. De Geschiedenis van het Beleg van Groningen spreekt verder nog op 4 augustus van een bom, die een groot gedeelte van een huis verbrijzelt in de Oude Ebbingestraat.
Er zijn dus enkele meldingen over ‘bomben’, grote, soms zeer zware kogels gevuld met onder andere kruit. Het type 24-ponds kogel dat door halve kartouwen wordt afgeschoten, wordt volgens alle verslagen echter alleen op één datum in de Ebbingestraat teruggevonden. En wel op die bewuste woensdag 27 juli 1672.
Landman uit Winsum
Als Harmen daadwerkelijk de genoemde landman uit Winsum was, dan is het mogelijk dat hij voedsel kwam brengen of verhandelen in het van vluchtelingen overlopende noordelijke deel van de stad. Misschien wel dezelfde soort handelswaren als zijn dorpsgenoten naar de soldaten in Aduarderzijl brachten: brood, kaas of bier (Groninger Archieven, 1-135, blz 71). Vanaf zijn woonplaats bleven de aanvoerroutes naar de stad immers gedurende het hele Beleg toegankelijk. Mogelijk zag hij de overbevolkte stad zelfs als een gelegenheid om wat extra’s te verdienen. De kans dat hij daarbij de dood zou vinden zoals gebeurde, was in het noordelijke stadsdeel maar klein.
Wie zijn lichaam wegdroeg, of waar hij ligt begraven, is onbekend. Of Harmen ook kinderen had, die zijn dood betreurden, weten we evenmin. Van zijn nalatenschap is slechts één ding bekend: Dominee Ducher vertelt in zijn Kerkeboek (kerkelijke gemeente Bellingeweer en Ranum, 1668-1729) in de daaropvolgende jaren slechts, dat Harmens weduwe Menje in goede gezondheid verkeert en dat zij op 18 juni 1675 hertrouwt.
Het leven in 1672
In 2022 herdenken we dat het 350 jaar geleden is dat het Beleg van Groningen plaatsvond. Dit doen we door verhalen van de belegering van de stad te vertellen op de website kaart1672.nl. We werken hierbij samen met de deelnemers van het Maak Geschiedenisproject Open het Stadsbestuur. Deelnemers aan dit project duiken in oude bronnen om kleine – soms onbekende – stukjes geschiedenis over 1672 bloot te leggen. Zo schetsen we het leven in 1672 in diverse blogs, die weer terug te vinden zijn op kaart1672.nl.
Noor Janse