Terwijl de deelnemers van het Maak Geschiedenisproject Open het Stadsbestuur hard werken, komen ze soms mooie stukken tegen die hen inspireren. Rick Weggen vond bijvoorbeeld een boeiend verhaal over gauwdieven (handige, slinkse, behendige dieven), dat hij omzette in een fictief krantenbericht.

Inwoners Pekela blij met gevangenzetting gauwdieven
Groningen, 14 februari 1725
Tot grote opluchting van de inwoners van Pekela zijn de gauwdieven Albert A. en Harm H. tot levenslang veroordeeld. Een compagnon van de twee criminelen, Lammert J., krijgt gezien zijn jeugdige leeftijd een lagere straf. Hij moet na geseling zes jaar het tuchthuis in. Harm H. ontkent overigens elke betrokkenheid bij de ontvreemdingen.
Het drietal zou in Pekela en omgeving verantwoordelijk zijn voor meerdere diefstallen en berovingen. Het Crimineel Gerecht meldt dat in een schrijven aan de Borgemeesteren en Raad van de Stad. Drost Alderinga en rechters Cloppenborg en van der Laan schrijven dat het drietal onder andere ingebroken heeft in het huis van de weduwe van Derck Willems. Wat daarbij buit gemaakt is, wordt niet vermeld. Albert A., ook wel bekend als de man met de knevelbaard, had al eerder opgetrokken met twee andere beruchte dieven, maar nu is hij tegen de lamp gelopen. Het drietal is verhoord en daarbij gemarteld. Harm H. blijft alles ten stelligste ontkennen, maar er zijn voldoende getuigenissen tegen hem afgelegd. Lammert J. ondergaat alleen de geseling en hoeft, gezien zijn jeugdige leeftijd, slechts zes jaar het tuchthuis in. De andere twee zijn veroordeeld tot geseling en brandmerking en levenslange opsluiting.
De Pekeler bevolking kan opgelucht ademhalen. Hun smeekbeden om voorgoed bevrijd te zijn van deze criminelen zijn verhoord. Het is te hopen dat de jonge Lammert J. zijn lesje geleerd heeft en na zijn vrijlating het goede pad weet te vinden.
#ikMaakGeschiedenis
Hieronder staan de transcripties (= oude handschriften omgezet naar getypte tekst) van de stukken waarop het krantenartikel is gebaseerd. Het gaat om Afschriften van binnengekomen stukken (1605-444) pagina 349 en 350.

Lectae in Curia
Groningen den 14 februaris
1725.
W.W. Wolthers
secretarisEdele Mogende H. Heeren Borgemeesteren
ende Raadt in GroningenWij nemen de vrijheijdt om met diep respect te over-
senden drie gedetineert Albert Arents met de
knevelbaart, Harm Harms Hutt en Lammert Jans, sijnde
Albert Arents een befaemden Gauwdieff, die boven de be-
gane diefstal in het huijs van Derck Willems Weduwe
in de Pekel [Pekela] reets een mede complice is geweest van
Jan Mispel en Jacob Leser met welk hij ook reets
twee diefstallen bekende begaan te hebben, en Harm
Harms Hutt is door de gehele Pekel [Pekela] bekent voor een
dieff en seer quaataardigh kerel daar alle goede Inge-
setenen in De Pekel [Pekela] voor vresen en beven, die wegens
verscheijde diefstallen berughtight, onder anderen mede
van dese diefstall door sijne beijde mede complicen
Albert Arents en Lammert Jans, die selfs de diefstal
met hem begaan hebben, genoegsaam is geconvinieert
en overtuight. maar om dat Harm Harms Hutt, hoe-
wel door twe complicen overtuight, evenwel hart-
neckigh de tortuire heeft doorgestaan en alle feijten
ontkent, soo heeft het, soo heeft het Wel Edele Criminele Geright
van Wedde en Westerwoldinger Landt tot de ordinasie
straffe des doots, die sulke Gauwdieven als Albert
Arents, en Harm Harms Hutt anders wel verdient hadden,
niet konnen resolveren, maar met een extraordinairie
straffe te weten geeselen en brantmerken en voor
de tijdt hares levens in het Provinciale tughthujs
gecondemneert, op dat de goede Ingesetenen, die seer
hebben gesmeekt en gebeeden dat die beijden doch voor-
al niet moghten los gelaten worden, van verdere misdaden
van die twee befaamde dieven mogen gelibereert
worden
Volgende pagina:
worden, en is Lammert Jans om sijn jonkheijts
halven en om meerdere hoope van beterschap alleen
maar gegeesselt en voor ses Jaren in het Provinci-
ale tughthujs gebannen, maar terwijl sulks niet
geschieden kan sonder praeallable kennisse en con-
sent van Uwe Edele Moogende niet kan geschieden, soo versoe-
ken het Wel Edele Crimineel Gerighte met alle res-
pect dat Uwe Edele Mogende de Stads Schulte believen te
gelasten om opgemelte drie Gevangens in het Provinciale
Tughthujs te confineren, en voor al Albert Arents
en Harm Harms Hutt voor de tijdt hares levents in
het Provinciale tughthujs voor meerdere misdaden
te laten bewaren,in welke hope wij met alle res-
pect verblijven.Edele Mogende H. Heeren Borgemeesteren
ende Raadt in Groningen
Uwe Wel Edele Mogende Gehoorsame en
Getreouwe Geconstitueerden
(onderstondt)
Alderinga, Drost, T. Cloppenborgh, Righter, H.V.D. Laan, Righter