

Op 8 augustus 1564 gaf de stad een acte over, welke niet door de Ommelanden werd geaccepteerd. Dezen legden daarop zelf een protestatie af die in Coebels verbaal is geïnsereerd. Zij verklaarden dat de kas met accijnzen in het huis van de rentmeester alleen hun toebehoorde en dat de stad er niets mee te maken had. Mocht de stad echter kunnen aantonen dat zij recht had op een deel van de huidige inhoud, dan zouden de Ommelanden bereid zijn dat deel af te staan.
Zie ook inv.nr. 1247.2, 1302.17 en 1329.
De hand is waarschijnlijk Brussels. In dorso een grote 'B'.
Betreft Register Feith 1564.13 (VVS 4.430-431)