493 Families van Bolhuis, Arkema en van Zeeburgh, 1603 - 1927
Uitleg bij archieftoegang
Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.
Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:
• Kenmerken van het archief • Inleiding op het archief • Inventaris of plaatsingslijst • Eventueel bijlagen
De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.
De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.
De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.
Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.
493
Families van Bolhuis, Arkema en van Zeeburgh, 1603 - 1927
Geschiedenis van het archief en verantwoording van de inventarisatie
laatste wijziging 03-05-2012
De archiefkast van de familie Van Bolhuis, een fraai eiken meubel, is nog altijd in handen van een verre nazaat. Waarschijnlijk is het archief dus met enige zorg door de heren Van Bolhuis behandeld. Restanten van een met name door Abel Eppo Van Bolhuis gehanteerde ordening zijn nog duidelijk herkenbaar, onder meer in de stukken betreffende het eiland Rottumeroog. Deze orde is bij de huidige inventarisatie niet meer hersteld, daar dit tot te veel praktische problemen zou hebben geleid.
De verschillende funkties van de heren Van Bolhuis hebben er toe geleid dat belangrijke segmenten van archieven van andere instellingen in het familiearchief werden gevonden bij de eerste inventarisatie in 1901. Deze bescheiden werden volgens de toenmalige inzichten uitgelicht en overgebracht naar de archieven waar ze volgens de inventarisator zouden behoren, zoals het archief van het Winsumer- en Schaphalsterzijlvest en het conglomeraat Oud Rechterlijke Archieven. Beide archieven zijn door deze toevoeging van het 'legaat Arkema' ongetwijfeld rijker geworden. Gelukkig werd in de inventarissen van deze archieven vrij zorgvuldig aangetekend dat bescheiden uit het genoemde legaat afkomstig waren. Deze stukken zijn (voor zover bekend) in de huidige inventaris vermeld in Bijlage 1 van de inventaris. Zo is het toch mogelijk een beeld te krijgen van het oorspronkelijke archief, zoals dat ooit was samengesteld. Bovendien bevinden zich in het kernarchief nog enkele als persoonlijk opgevatte stukken die een duidelijke band hebben met zich elders bevindende zakelijke stukken. Waarschijnlijk zijn ook nog enkele stukken toegevoegd aan het archief van de Hervormde gemeente Warffum, maar dat is niet met zekerheid te achterhalen * .
Het gaat om de inv.nrs. 49-53, 57, 59, 78, 85, 88, 90, 95, 96, 133 in het archief van de hervormde gemeente te Warffum.
De stukken die behoorden tot het familiearchief Sickinghe (zie hierboven) zijn in het archief blijven berusten. Zij zijn gespecificeerd onder nummers 15 tot 30. Het gaat hier deels om zakelijke stukken, deels om persoonlijke. Overigens is ook hier niet meer na te gaan of stukken die nu gevoegd zijn bij een Van Bolhuis, niet ooit in het archief Sickinghe hebben behoord * .
Bijv. de inv.nrs. 36-39.
Het archief dat in 1900 vanuit het museum naar het rijksarchief is overgebracht, is vrijwel direkt door de commies-chartermeester C.P.L. Rutgers geïnventariseerd. De ordening naar persoon en functie, zoals toen al is aangebracht, is gehandhaafd, zij het dat deze in vele opzichten is verfijnd en uitgebreid. Dit komt mede door een drietal in deze inventaris verwerkte aanvullingen. In 1985 ontving het rijksarchief door een ruil met het gemeentearchief tezamen met het familiearchief Cransen enkele stukken afkomstig van de familie Van Bolhuis * . Deze stukken werden door G.J. ter Kuile in één inventaris beschreven. In 1986 werd het archief belangrijk uitgebreid door een schenking van een particulier. Later bleek deze persoon nog een groot aantal belangrijke stukken in zijn bezit te hebben, die naderhand aan het Rijksarchief werden geschonken. Van een aantal stukken is bekend, dat ze nog in particulier bezit zijn. Hiervan is melding gemaakt in de NB.
Het archief Cransen is apart geïnventariseerd.
Het archief is feitelijk in drie hoofdafdelingen gesplitst: de belangrijkste zijn de stukken afkomstig van de diverse personen en de stukken betreffende de verwerving en beheer van onroerende goederen. Bij de ordening van de stukken afkomstig van de verschillende personen, is allereerst een verdeling gemaakt naar stukken betreffende het privé-leven en stukken betreffende het openbaar leven. Daarna is een onderverdeling in beide gebieden gemaakt, voor zover het aantal stukken daartoe aanleiding gaf. Stukken betreffende een nalatenschap zijn onder de erflater geplaatst. Dit omwille van de vindbaarheid van deze stukken.
De stukken afkomstig van verwanten (van met name de echtgenoten) zijn geplaatst onder het echtpaar waarvan man of vrouw de stukken heeft ingebracht. De stukken betreffende verwerving en beheer van de goederen van deze families (met name de familie Cnols) zijn in hoofdstuk 2 geplaatst, bij de overige stukken over goederen die langer dan een generatie in het bezit van de familie zijn geweest. Enkele vermoedde familierelaties konden ondanks intensief speurwerk niet worden bewezen. De stukken van deze personen zijn tezamen met enige andere te vinden onder "stukken waarvan de band met het archief niet is gebleken".
Ten behoeve van de gebruiker is een aantal genealogische tabellen, alsmede een concordantie op de inventarissen van Rutgers en Ter Kuile opgenomen.