1300 Rijwielfabrieken Phoenix, Fongers, Van Werven en Phoenix-Fongers-Germaan (PFG), 1894 - 1972
Uitleg bij archieftoegang
Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.
Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:
• Kenmerken van het archief • Inleiding op het archief • Inventaris of plaatsingslijst • Eventueel bijlagen
De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.
De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.
De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.
Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.
1300
Rijwielfabrieken Phoenix, Fongers, Van Werven en Phoenix-Fongers-Germaan (PFG), 1894 - 1972
In februari 1904 begonnen Albert en Rients Schootstra te Joure een groothandel in rijwielen en rijwielonderdelen. Albert, die vanaf 1912 de zaak alleen dreef, verhuisde in 1914 naar Leeuwarden waar hij zijn bedrijf vestigde in het pand Baljestraat nr. 27. In 1917 ging Schootstra zelf rijwielen fabriceren in de daartoe aangekochte en verbouwde orgelfabriek van Van Dam aan de Zuidergrachtswal. Het jaar daarop investeerde hij ruim fl. 10.000,— in de aanleg van nieuwe werkplaatsen. Bovendien werd het aangrenzende meelpakhuis "De Wijchsel" aangekocht, volledig afgebroken en opnieuw opgetrokken in aansluiting bij de bestaande magazijnen. Door de grote uitbreiding van 1933 kreeg men de beschikking over een nieuwe lakkerij, verchroominrichting en monsterkamer. In september 1939 kwamen de nieuwe kantoor- en toonzaalruimten aan de Zuidergrachtswal nr. 23 klaar voor gebruik. Het jaar daarop werd het laatste stuk open grond achter Zuidergrachtswal nr. 23 volgebouwd en bovendien het perceel Catharinastraat nr. 25 bij de fabriek getrokken * .
inv.nrs. 8 en 34.
Op 29 juli 1941 ging Albert Schootstra met zijn zoons Folkert Johannes, Siebe, Johannes en Rients een vennootschap onder firma aan, waarin zij respectievelijk deelnamen voor fl. 97.724,72, fl. 13.854,35, f 9.150,09, fl. 9.171,08 en fl. 12.794,19. De contractanten stelden een verdeelsleutel op die de participatie in winst en verlies voor Albert Schootstra op 1/3, voor de vier anderen elk op 1/6 bepaalde * . De vennootschap onder firma werd op 30 januari 1951 omgezet in een naamloze vennootschap. De Schootstra's waren verreweg de belangrijkste aandeelhouders (+/- 80%). Het aandelenpakket bestond uit 1980 B-aandelen en 20 A-aandelen. Mocht door toekomstige commissies het overwicht in de B-aandelen verloren gaan, dan nog hield de familie sterke troefkaarten in handen omdat zij eigenaresse was van alle A-aandelen. Uit hoofde daarvan bepaalde zij het aantal directeuren en commissarissen die op een door haar gemaakte voordracht door de algemene aandeelhoudersvergadering gekozen werden. Bij verkoop van aandelen moesten deze eerste worden aangeboden aan de houders van A-aandelen, wier bekrachtiging eveneens vereist was wanneer de algemene aandeelhoudersvergadering besluiten nam over statutenwijziging of ontbinding van de N.V. * .
inv.nrs. 1 en 4.
inv.nr. 37.
Na overleg met prof.mr P.W. Kamphuisen en notaris J. Krol werden de A-aandelen ondergebracht in de op 26 april 1952 opgerichte Albert Stichting die zich ten doel stelde "het beheer en de beschikking over de aandelen (...) in het bijzonder de uitoefening van het stemrecht op die aandelen; voorts het doen van schenkingen voor liefdadige en/of sociale doeleinden (...)" * . Phoenix had twee dochterondernemingen. De in 1939 opgerichte firma "Enitor Industrie en Handelsonderneming" fabriceerde jasbeschermers. De fabriek was aanvankelijk gevestigd te Leeuwarden in het pand Amelandstraat nr. 20 maar werd aan het eind van de jaren "40 verplaatst naar Buitenpost (gemeente Achtkarspelen). Na de verhuizing van Enitor kreeg het gebouw aan de Amelandstraat een bestemming als fabrieksruimte voor de firma "Metaalwarenfabriek Rimetal", opgericht in 1947. Deze dochteronderneming produceerde fietsbellen. In de jaren 1949 en 1950 werden Enitor en Rimetal omgezet in N.V.'s waarvan de Albert Stichting de prioriteitsaandelen verwierf * .