Op 27 maart 1897 was in Groningen de socialistische geheelonthouders vereniging opgericht. Toen in december van het zelfde jaar de ANGOB (de Algemene Nederlandse Drankbestrijders Organisatie) als landelijke geheelonthouders-organisatie werd opgericht, sloot men zich als afdeling daar direct bij aan. De ANGOB was de eerste neutrale bond, die radicaal de alcoholische drank en drinkgewoonten bestreed. De kern van deze organisatie behoorde tot de actiefste drankbestrijders in Groningen. Het doel was tegengaan van alcoholproblemen bij individu, gezin en maatschappij. Daartoe hanteerde men een combinatie van een drietal middelen:1- Het verbreiden van kennis omtrent de risico’s van alcoholgebruik. Kennis van die risico’s zou mensen voorzichtiger om doen gaan met alcohol, en sommigen zelfs geheel van alcohol doen afzien, 2- Het stellen van de persoonlijke daad van geheelonthouding. Dit om de geloofwaardigheid van de waarschuwing zo groot mogelijk te maken, om de misbaarheid van alcohol metterdaad aan te tonen, en als uiting van solidariteit met degenen die zich uit de greep van de alcohol trachtten los te maken, 3- Het bieden van een alcoholvrij milieu voor vrijetijdsbesteding. Gedeeltelijk was dit om ex-drinkers een veilige sociale omgeving te bieden onder uitsluiting van de verleiding om opnieuw te gaan drinken. Anderzijds was dit ook weer om de misbaarheid van alcohol daadwerkelijk aan te tonen.
Na een sluimerend bestaan werd de afdeling Groningen circa 2005 opgeheven. In 2007 werd de landelijke vereniging omgezet in een stichting.

De archiefbescheiden werden in 2014 overgebracht naar het RHC Groninger Archieven. Na bewerking is de omvang van het archief 1,50 meter.