Johan van Ewsum was een belangrijke man in Groningen en Drenthe, wat weerspiegeld wordt in de brieven die hij ontving in het jaar 1568. Deze brieven laten zien dat het leven gewoon doorging, maar de oorlog wel invloed had. Ook laten ze zien dat Van Ewsum beide zijden te vriend probeerde te houden.
Het leven rond de slag bij Heiligerlee
Zo is de brief van 8 mei een verzoek van een pastoor die hoopt dat Van Ewsum op een vergadering van de “Graaf van Nassau” ook in naam van deze pastoor en diens parochie wil spreken. De Graaf van Nassau is niemand minder dan Lodewijk van Nassau, de aanvoerder van de opstandelingen bij Heiligerlee, nog geen dertien dagen later. Tegelijkertijd moet Van Ewsum ook de stadhouder van de Spaanse koning te vriend houden zoals duidelijk staat in de brief van 3 juni waarin Van Ewsum met klem word verzocht zijn belastingen te betalen omdat hij anders in ongenade valt en zijn bezittingen worden geconfisqueerd door de Stad Groningen in naam van de (Spaanse) Koning.
Korte samenvatting van een aantal brieven die Johan van Ewsum voor en na de slag bij Heiligerlee (23 mei 1568) ontving:
2 maart-nr. 35 Deze brief is een verzoek van een (onbekende) aspiranthandelaar uit Antwerpen aan de heer van Ewsum om een goed woordje te doen bij handelaar Johannes Wijnbrugge zodat die hem het vak van de wolhandel kan leren.
4 april-nr. 60 Deze brief is een brief van een familielid waarin wordt gevraagd om een kleine onkostenvergoeding. Dit omdat dit familielid gaat overnachten bij vrienden en een geliefde.
28 april-nr. 73 Deze brief is van Hercules van Ewsum aan Johan van Ewsum. Johan bevindt zich op dat moment in Eilsum en Hercules is op moment van schrijven in Winsum. Hercules geeft aan dat hij het te gevaarlijk vindt om naar Eilsum af te reizen en heeft daarom een karveel geregeld met de schipper Oltger die over de Eems naar Eilsum zal varen om de naasten van Johan op te halen en naar Winsum te brengen. Daarbij heeft Hercules het specifiek over de kinderen van Johan die hij graag zou willen opvangen en beschermen tegen het gevaar.
8 mei-nr. 82 Deze brief gericht aan Johannes van Ewsun, is geschreven door Johannes Krithe, pastoor in Westerwijwert. De pastoor vraagt aan Van Ewsum in de brief om hem en zijn gemeente te vertegenwoordigen op een vergadering die door de graaf van Nassau is georganiseerd en waarvoor de pastoor een uitnodiging heeft gekregen. Deze is echter niet van plan te komen, en verzoekt daar Van Ewsum om voor hem en de zijnen te spreken, en daarbij te zeggen: "wat hij goed acht voor het land, de welvaart en de vrede". Daarbij laat de pastoor Van Ewsum de ruimte om te spreken naar eigen inzicht.
3 Juni-nr. 105 Deze brief is geschreven door de stadhouder van Stad en Lande van Groningen in naam van de koning van Spanje. De brief is een strenge aanmaning. Van Ewsum moet betalen, anders valt hij in ongenade en staat hem een hoge straf boven het hoofd. Deze brief is geschreven na de slag bij Heiligerlee en de koning heeft dus geld nodig voor het voeren van de oorlog.
Zonder datum-nr. 103 Deze brief gaat over de kerkgemeente (het kerspel) van Middelstum, dat heffingsvolmachten geërfd heeft, dus het recht om belasting/ pacht/ tienden te innen. Men stuurt een ongedateerde brief naar Van Ewsum waarin ze om zijn raad vragen over het daadwerkelijk innen van de heffingen. Het lijkt alleen meer een beleefde aankondiging te zijn dan een echte vraag om raad - Van Ewsum wordt op de hoogte gesteld dat de volmachten nu in het bezit zijn van de kerspels, wat uit beleefdheid wordt verpakt als vraag. De brief is erg formeel en respectvol geschreven. De oorlog wordt niet genoemd, maar het is natuurlijk mogelijk dat de volmachten vererfden omdat de eerdere volmachthouder sneuvelde. Daarnaast laat de brief zien dat dit soort administratieve zaken gewoon doorgaan ondanks de oorlog, en dat beleefdheden en formaliteiten belangrijk bijven in het contact met een prominente familie als de Van Ewsums.
Bronnen
De brieven komen allemaal uit de Groninger Archieven, Archief 696: Familie van Ewsum 1350-1646 subonderdeel: Brieven ingekomen bij Johan van Ewsum, circa 1530 – 1571, nummer 25 (jaartal 1568). De nummers van de brieven hierboven zijn de afzonderlijke inventarisnummers van de brieven hierbinnen.
Dit is geschreven naar aanleiding van een bezoek dat wij in het kader van onze studie geschiedenis aan de Groninger Archieven hebben gebracht, waarbij we deze brieven en hun transcripties hebben bekeken.