85 Notarissen te Appingedam (standplaats 1), 1811 - 1935
Uitleg bij archieftoegang
Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.
Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:
• Kenmerken van het archief • Inleiding op het archief • Inventaris of plaatsingslijst • Eventueel bijlagen
De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.
De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.
De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.
Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.
85
Notarissen te Appingedam (standplaats 1), 1811 - 1935
Overzicht van de vorming van de burgerlijke gemeenten in de provincie Groningen, vanaf 1808
ead-typering:
bioghist
laatste wijziging 10-01-2020
Voordat in de provincie Groningen een blijvende gemeentelijke indeling tot stand kwam (in 1811) gold de indeling van 1808. Het departement Groningen werd in februari 1808 uitgebreid met het gebied Reiderland. Voor het departement wordt een gemeentelijke indeling uitgewerkt en de uiteindelijke regeling wordt bij decreet van 31 mei 1808 afgekondigd. Bij K.B. van 14 oktober 1808 worden de namen van de benoemde gemeentebesturen en hun secretarissen bekendgemaakt.
Het departement Groningen had hiermee één gemeente eerste klasse gekregen (met een inwonertal boven 5000), namelijk Groningen, en 36 tweede klasse gemeenten, te weten: in het Groningse grondgebied: 1. Aduard 2. Appingedam 3. Bedum 4. Beerta 5. Bourtange 6. Delfzijl 7. Eenrum 8. Ezinge 9. Farmsum 10. Grootegast 11. Haren 12. Holwierde 13. Hoogezand 14. Kantens 15. Leek 16. Leens 17. Loppersum 18. Middelstum 19. Midwolda 20. Nieuwe Schans 21. Noordbroek 22. Noordhorn 23. Oosterwijtwerd 24. Oude en Nieuwe Pekela 25. Scheemda 26. Slochteren 27. Ten Boer 28. Termunten 29. Ulrum 30. Uithuizen 31. Uithuizermeeden 32. Veendam en Wildervank 33. Westerbroek 34. Winschoten 35. Winsum 36. Zuidbroek
Voor het district Reiderland wordt een gemeentelijke indeling geregeld bij decreet van 17 december 1808, als volgt: 1. Bingum 2. Bunde 3. Ditzum 4. Jemgum 5. Weener
In 1810 werd het Nederlandse grondgebied verenigd met het Franse keizerrijk. Hierdoor werden de bestaande Franse wetten voor dit gebied geldend. Het grondgebied werd in nieuwe departementen ingedeeld en ook werd een nieuwe gemeentelijke indeling voorbereid, waarbij voor de nieuwe gemeenten nieuwe wetten gingen gelden. Zo werd de indeling in klassen afgeschaft. Bij besluit van de perfect van het departement van de Wester-Eems van 4 juli 1811 werd de voorlopige verdeling van dit departement in maires vastgesteld en op 1 augustus 1811 ingevoerd (zie archieven der Gewestelijke Besturen in de provincie Groningen 1798-1814, inv.nr. 1525). Hierbij werden de volgende 53 mairies gevormd in het Groningse grondgebied: 1. Adorp 2. Aduard 3. Appingedam 4. Baflo 5. Bedum 6. Beerta 7. Bellingwolde 8. Bierum 9. Bourtange 10. Delfzijl 11. Eenrum 12 .Ezinge 13. Groningen 14. Grootegast 15. Grijpskerk 16. Haren 17. Harkstede 18. Hoogkerk 19. Hoogezand 20. Kantens 21. Kloosterburen 22. Leek 23. Leens 24. Loppersum 25. Marum 26. Middelstum 27. Midwolda 28. Nieuwe Pekela 29. Nieuwolda 30. Nieuwe Schans 31. Noordbroek 32. Noorddijk 33. Oldehove 34. Oldekerk 35. Oude Pekela 36. Sappemeer 37. Scheemda 38. Siddeburen 39. Slochteren 40. Stedum 41. Ten Boer 42. Termunten 43. Uithuizen 44. Uithuizermeeden 45. Ulrum 46. Veendam-Wildervanck 47. Warffum 48. Wedde 49. Winschoten 50. Winsum 51. 't Zandt 52. Zuidbroek 53. Zuidhorn
In het grondgebied van Reiderland acht mairies, te weten: 1. Bunde 2. Stepelmoor 3. Weener 4. Wijmeer 5. Bingum 6. Ditzum 7. Jemgum 8. Landschaftspolder
In de praktijk betekende deze nieuwe indeling opheffing van de gemeenten Farmsum, Holwierde, Oosterwywerd, Westerbroek Bij Keizerlijk Decreet van 21 oktober 1811 werd de uiteindelijke indeling van het departement van de Wester-Eems vastgesteld, waarbij het aantal mairies werd uitgebreid. Deze verdeling werd per 1 januari 1812 ingevoerd Hiermee werden in het gebied van de latere provincie Groningen 62 mairies gevormd, doordat negen gemeenten-gebieden werden afgescheiden en tot nieuwe gemeenten werden gevormd Dit betreft: Usquert uit Uithuizen, Windeweer uit Hoogezand, Finsterwolde uit Midwolda, Westelee uit Scheemda, Onstwedde uit Bourtange, Vlagtweede uit Bourtange, Wildervank uit Veendam, Medum uit Zuidbroek en Muntendam uit Zuidbroek.
Deze gemeentelijke indeling van het Groninger grondgebied bleef na de Franse tijd voorlopig gehandhaafd Het Reiderland ging echter in 1813/1814 officieel weer over naar het Duitse grondgebied Dat gebied telde toen nog dezelfde acht gemeenten Na 1814 streefden enkele kleine gemeenten naar een samenvoeging in groter verband en hierdoor kwamen de volgende wijzigingen tot stand per 1 augustus 1821: Windeweer bij Hoogezand, Westerlee bij Scheemda en Harkstede bij Slochteren per 1 januari 1822: Bourtange bij Vlagtwedde
Enkele jaren later aanvaarde de nieuw benoemde burgemeester van Siddeburen zijn benoeming niet en zo werd met ingang van 1 januari 1826 deze gemeente bij Slochteren gevoegd.
Pas in 1949 kwam er opnieuw een wijziging in de gemeentelijke indeling van de provincie Groningen Onder de naam Hoogezand-Sappemeer werd per 1 april van genoemd jaar de gemeenten Hoogezand en Sappemeer samengevoegd Per 1 juli gebeurde hetzelfde met de gemeenten Noordbroek en Zuidbroek die tezamen Oosterbroek vormden Tenslotte kwamen in 1969 nog de volgende wijzigingen tot stand, alle per 1 januari: Hoogkerk bij Groningen, Noorddijk bij Groningen, Wedde en Bellingwolde samengevoegd tot Bellingwedde, Wildervank werd opgeheven; (een groot gedeelte hiervan werd gevoegd bij de gemeente Veendam en een klein gedeelte bij de nieuwe gemeente Stadskanaal). Ook Onstwedde werd opgeheven (een groot gedeelte werd gevoegd bij de nieuwe gemeente Stadskanaal en een klein gedeelte bij de gemeente Veendam)
Per 1 januari 1979 werden de gemeenten Uithuizen en Uithuizermeeden samengevoegd tot de nieuwe gemeente Hefshuizen.
Tengevolge van dit alles bestaat de provincie Groningen heden ten dage uit 50 gemeenten, te weten: 1. Adorp 2. Aduard 3. Appingedam 4. Baflo 5. Bedum 6. Beerta 7. Bellingwedde 8. Bierum 9. Delfzijl 10. Eenrum 11. Ezinge 12. Finsterwolde 13. Groningen 14. Grootegast 15. Grijpskerk 16. Haren 17. Hefshuizen 18. Hoogezand-Sappemeer 19. Kantens 20. Kloosterburen 21. Leek 22. Leens 23. Loppersum 24. Marum 25. Meeden 26. Middelstum 27. Midwolda 28. Muntendam 29. Nieuwe Pekela 30. Nieuwe Schans 31. Nieuwolda 32. Oldehove 33. Oldekerk 34. Oosterbroek 35. Oude Pekela 36. Scheemda 37. Slochteren 38. Stadskanaal 39. Stedum 40. Ten Boer 41. Termunten 42. Ulrum 43. Usquert 44. Veendam 45. Vlagtwedde 46. Warffum 47. Winschoten 48. Winsum 49. 't Zandt 50. Zuidhorn
5. Overzicht van de rechterlijke indeling en de notarisstandplaatsen van de provincie Groningen, vanaf 1811