136 Hoge Justitiekamer en andere gewestelijke rechterlijke instellingen, 1444 - 1811
Uitleg bij archieftoegang
Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.
Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:
• Kenmerken van het archief • Inleiding op het archief • Inventaris of plaatsingslijst • Eventueel bijlagen
De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.
De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.
De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.
Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.
136
Hoge Justitiekamer en andere gewestelijke rechterlijke instellingen, 1444 - 1811
136 Hoge Justitiekamer en andere gewestelijke rechterlijke instellingen, 1444 - 1811
Inventaris
2. Archief van de Hoofdmannen kamer, sinds 1749 Hoge Justitiekamer, sinds 1795 Hof provinciaal of Hof van justitie, sinds 1803 Departementaal Gerechtshof
Geregistreerde minuten van verzegelingen, 1808-1811
Datering:
1808-1811
Uiterlijke vorm:
2 pakken
NB:
Oud II xx*. Bij de ordonnantie op het middel van het klien zegel van 28 nov 1805 werd in ? 2 bepaald, dat van alle akten, onder de hand of voor notarissen en getuigen gepasseerd, de minuten of originelen geschreven moesten worden op zegel, eveneens de eerste brieven of afschriften, afgegeven van akten op secretarieën en griffies afgevaardigd of aldaar geregistreerd. Bij de wet van 14 apr 1808 werd bepaald, dat ook de minuten of originelen op secretarieën en griffies afgevaardigd of aldaar geregistreerd, vanaf 1 jul op zegel moesten worden geschreven. Nr. 1953 is dus een voortzetting van nr. 1949.
Geen regesten zijn gemaakt van de ordelen en constituties van de warven, (inv.nr. 1) aangezien deze zich niet alle leenden voor de regestvorm en bovendien tot 1601 in druk zijn uitgegeven in de Verhandelingen van Pro Excolendo Jure Patrio7e deel 1e stuk, Groningen 1863. Ook leek het niet nodig regesten op te nemen van dijkbrieven en soortgelijke stukken in kopie sinds 1750 verworven, aangezien deze alle in betere tekst voorkomen in de Catalogus der inventarissen in de provincie Groningen, door J.A. Feith (Groningen, Den Haag 1901).