Interview met schipperszoon Daan de Haan geboren op 12 juli 1930 aan boord van een schip in Harlingen. Op zijn negentiende verliet hij het binnenvaartschip van zijn ouders en ging, na een opleiding in Delfzijl, met tankschepen op de grote rivieren (oa de Rijn) varen in dienst van een rederij. Op zijn zevenentwintigste werd hij schipper bij deze rederij en hij deed dit werk tot zijn pensioen. De heer de Haan vertelt over de afkomst van zijn ouders; het schippersleven; het opgroeien (deels bij zijn grootouders) en het werk als jongen aan boord; het schoolbezoek als schipperskind; zijn huwelijk en gezinsleven en de veranderingen in de Rijnvaart. Tenslotte geeft de heer de Haan uitleg en toelichting in het ruim en de roef van een binnenvaartschip bij het Veenkoloniaal Museum in Veendam, waarbij hij herinneringen ophaalt en anekdotes vertelt.
Geesje Bahlmann-Brouwer is geboren in 1947 in Bellingwolde. Haar ouders hadden er een comestibles-drogisterij. Ze verkochten diverse merkartikelen en luxe producten die ook rondgebracht werden. Vanaf haar negende hielp mevrouw haar vader op zaterdag mee boodschappen te bezorgen met de auto. De zaak liep goed. Ze hadden ook personeel in de winkel en in huis. Dat personeel at gewoon met hen mee aan tafel. Vader is in de oorlog gewond geraakt en bleef hier altijd last van houden. Desondanks wilde hij de winkel op een gegeven moment uitbreiden toen de zelfbedienigswinkels opkwamen. Dan had mevrouw ook in de winkel moeten gaan staan. Daar had zij geen trek in. Vervolgens hebben haar ouders de zaak verkocht aan de Spar en zijn ze in Winschoten gaan wonen.
Interview met de heer Dirk van der Bijl geboren op 21 maart 1927 in Visvliet en op zijn tweede verhuisd naar Burum. Hij hield van jongs af aan van hout bewerken en kwam op zijn 17de in dienst bij een klompenmaker in Burum. Op zijn 19de moest hij in militaire dienst. In de kazerne in Assen volgde hij een opleiding tot schoenmaker (reparatie). Vervolgens werd hij uitgezonden naar Nederlands Indiƫ (politionele acties). In 1950 kwam hij terug in Nederland. Hij besloot zijn brood te gaan verdienen als schoenmaker en volgde een aanvullende opleiding schoenverkoper in Utrecht. In 1958 ging hij in Lutjegast wonen en in 1960 kocht hij daar een winkelpand. Zijn vrouw stond in de winkel. Van der Bijl zelf ging langs de huizen om schoenen te verkopen en om schoenen op te halen voor reparatie. Hij repareerde de schoenen in de werkplaats. Ook repareerde hij leren onderdelen aan oa pompen en maakte hij paardentuigen en houten meubels. De heer Van der Bijl geeft tenslotte een rondleiding in zijn bedrijf en demonstreert de werking van allerlei machines en gereedschap.
Jan Berends, geboren in Letterbert in 1938, had na militaire dienst vanaf 1960 een vervoersbedrijf met zijn vader. Eerder had hij zijn geld verdiend op kantoor. In militaire dienst haalde hij de benodigde diploma's voor het vervoersbedrijf. Het bedrijf onderhield een lijndienst Groningen-Utrecht en vervoerde sterk uiteenlopende vracht voor bedrijven (oa medicijnen) en particulieren (oa verhuizingen van studenten). Berends vertelt over zijn werk, de lange werkdagen, de groei van het bedrijf, de veranderingen in het wegtransport en het einde van het bedrijf, in 1999, dat werd ingeleid door het faillissement van een grote klant. Aan de orde komen oa de activiteiten op en de functie van het bodenterrein; de boderijders uit de provincie; het laden en lossen van vracht; de veranderingen in het vergunningenstelsel en de vervoerswet en het einde van de bodediensten en de lijndiensten; de klantorders; de concurrentie; de opkomst van de grote transportbedrijven, de pakketdiensten en de koeriersdiensten; de toegenomen drukte op de weg en de toegenomen haast; controles en de rijtijdenwet. Enkele anekdotes verlevendigen het verhaal.